Hoe installeer je het laadstation voor de robotmaaier?

De aanschaf van een nieuwe robotmaaier brengt aanvankelijk een tijdsinvestering met zich mee. Met het laadstation moet de tuinhulp immers een aanspreekpunt hebben en via de begrenzingsdraad weten welke gebieden moeten worden gemaaid en welke niet. In tegenstelling tot wat sommige critici beweren, is de installatie niet moeilijk en als je op een paar dingen let en van tevoren plant, zullen er later tijdens het gebruik geen problemen zijn.

Stap 1: een geschikte plaats zoeken

De keuze van de plaats voor het laadstation is belangrijk, zodat de robot deze vlot kan benaderen. Een geschikte centrale plaats biedt ongeveer drie meter ruimte vóór het laadstation, zodat een benadering van alle kanten zonder problemen mogelijk is.
Het is ook belangrijk dat de begrenzingsdraad die van het laadstation wegloopt en hem aan de andere kant weer bereikt, ongeveer 3 meter recht loopt. Het laadstation plaatsen in een afgelegen hoek is misschien wel onopvallend, maar eerder ongeschikt, want het signaal kan de robot hinderen terwijl hij naar het station zoekt.

De ondergrond waarop het station staat, moet zo vlak mogelijk zijn en ligt bij voorkeur binnen het grasveld. Het is ook belangrijk dat er een stopcontact in de buurt is, want het laadstation werkt met een laagspanningskabel die geen lange afstanden kan overbruggen of kan worden verlengd. Een stopcontact voor buiten moet natuurlijk geschikt zijn voor gebruik buitenshuis.

Behalve volle zon moet ook bescherming tegen spatwater worden geboden. De gazonsproeier in de buurt van het station heeft op den duur een nogal ongunstig effect, want binnendringend water kan de elektronica binnenin beschadigen. Omgekeerd zorgt voortdurende hitte ervoor dat de batterij sneller veroudert. Dezelfde plaatsingsvoorwaarden met betrekking tot bescherming tegen zon en spatwater gelden ook voor de transformator.

Hoe vindt de robotmaaier het laadstation?

Fabrikanten gebruiken verschillende systemen om de robotmaaier terug naar het laadstation te leiden. Gebruikelijk is de begrenzingsdraad. De robot rijdt er gewoon langs als de batterij bijna leeg is, tot hij het laadstation bereikt.
Andere fabrikanten vertrouwen op een extra geleidingsdraad die dwars over het gazon loopt. Zo kun je de afstand verkorten als de batterijstroom midden op het terrein wegvalt - maar de installatie is ook ingewikkelder omdat je een extra kabel naar de begrenzingsdraad moet laten lopen.

Stap 2: het laadstation aansluiten

Als je een geschikte plaats voor het laadstation hebt gevonden, is het aansluiten gemakkelijk. 

• Verbind de laagspanningskabel met het laadstation.
• Steek het netsnoer van de transformator in het stopcontact.
• Bevestig de plaat aan de vloer.

Tip: wacht tot je zeker weet dat de begrenzingsdraad goed is aangebracht voor je de plaat vastmaakt. Zo kun je de positie van het laadstation opnieuw instellen als dat nodig is.

Stap 3: de begrenzingsdraad leggen

Met de bedoeling dat de robotmaaier later weet welke gebieden moeten worden gemaaid en welke niet, moet nu de begrenzingsdraad worden gelegd. Deze begint aan de ene kant van het station, leidt dan eenmaal helemaal rond het grasveld en eindigt tenslotte aan de andere kant van het station, zodat een gesloten circuit ontstaat. Dit genereert een magnetisch veld dat de robot detecteert en waarna hij het signaal niet overschrijdt. Bij het leggen is het belangrijk op een paar punten te letten, zoals de juiste afstand tot de rand van het gazon. Ook mag de kabel elkaar op geen enkel punt kruisen.

Je kunt de kabel zowel boven als onder de grond leggen. Terwijl bovengrondse installatie gemakkelijker is, omdat de kabel alleen met een paar grashaken aan het grasveld bevestigd hoeft te worden, vraagt ondergrondse installatie aanzienlijk meer tijd. Anderzijds is de kabel dan beschermd tegen weersinvloeden en loopt hij geen gevaar te worden beschadigd of zelfs doorgesneden, bijvoorbeeld bij het verticuteren van het gazon.

Stap 4: de robotmaaier starten

Als je klaar bent met de voorbereidingen, plaats je de robotmaaier in het station, zodat de batterij voor de eerste keer oplaadt. Daarna volgt de verdere programmering van maaitijden, datum en tijd en ook de diefstalbeveiliging. Indien nodig kun je ook verschillende startpunten voor hoofd- en nevenzones bepalen en de maaihoogte veranderen

De installatie is bijzonder eenvoudig bij modellen met een aanraakscherm of ook de bediening via app. Hiermee kan het apparaat in een paar minuten vanaf een mobiele telefoon worden geprogrammeerd. Als een gsm-module in de robot is geïnstalleerd, hoef je hiervoor niet eens in de buurt van de robot te zijn, maar kun je de instellingen geheel onafhankelijk van de plaats uitvoeren.

Stap 5: bijstellen

Het is heel nuttig om de robotmaaier bij zijn eerste werking te observeren. Als er nog steeds problemen zijn bij het rijden over de gebieden of als de randen nog niet gemaaid zijn zoals gewenst, is het verstandig om direct bij te stellen. Als dit eenmaal gedaan is, zul je in de toekomst veel plezier beleven aan je nieuwe tuinhulpje, wat je een ongelooflijke winst aan vrije tijd oplevert.

Een robotmaaier installeren is gemakkelijker dan je denkt. Het enige dat in het begin echt wat tijd kost is het leggen van de begrenzingsdraad. De daaropvolgende ingebruikname is daarentegen dankzij de moderne technologie absoluut kinderspel.